Dat de winter bijna op het eind is, kun je merken aan alle bomen en planten die alweer zachtjes aan uitlopen zijn. Ik vind het zelf een periode van afsluiten en opnieuw beginnen. Af en toe hoor je weer vogels fluiten en zie ik merels in de tuin het druk hebben met regenwormen pikken uit de tuin. Voor hen een lekkernij, voor mij iets waarvan ik gruwel, maar ja ik ben natuurlijk ook geen merel. Twee merels vechten om dezelfde worm, is het strijd of zou het een liefdes dans zijn? Ik bekijk het tafereel van een afstandje. Ik denk toch strijd om de worm. Als liefde zo moet gaan, dat is niet goed, besluit ik. De dikke lange glibberige regenworm, bungelt uit de snavel van de ene Merel. Hem wacht een gruwelijke dood. Het arme beest. Dacht nog even hem te redden, maar hoe zou ik dat moeten doen? Ik bedenk me, als het laatste stukje worm door de merel naar binnen wordt gewerkt, dat ik zelf al aardig wat regenwormen heb onthoofd in mijn leven door het omspitten van de tuin. Leven en laten leven, is op mij zeker niet van toepassing. Zo kan ik mij een documentaire herinneren van monniken ergens in verweggistan, die er alles aan deden om mieren niet te storen met hun werkzaamheden en ze zelfs hielpen. Helaas zit ik iets anders in elkaar. De mieren uit het mierennest die mij vorig jaar steeds over de aanrecht liepen, heb ik om het leven geholpen door kokend water in het nest te gooien. Tja als leven en laten leven een plaag gaat worden, dan is de keuze snel gemaakt.
Maar omdat alles alweer uitloopt in de tuin, en de tuin een ravage is, doordat ik er sinds vorig jaar zomer niets meer aan heb gedaan, besluit ik toch maar mijn laarzen aan te doen en een rondje door de tuin te huppelen. Daar sta ik dan, met mijn bak en mijn trouwe vriend harkje en schoffeltje ineen. Ik kijk eens rond, het is wel erg gesteld met mijn tuin. Overal dorre takken, blad en overal riet, ja riet. Ik woon aan het water en het riet in het water is aardig weg, maar ieder jaar komt het naar boven in mijn tuin, en overal waar ik kijk zie ik rietsprieten omhoog komen. Dit is erg, hoe moet ik dit aanpakken? Ik besluit gewoon maar te beginnen. Maar de rietsprieten zijn heel erg. Eruit trekken lukt niet, uitgraven lukt ook niet, de wortels zitten te diep. Diegene die ooit hier de aarde heeft neergegooid heeft toch iets niet goed gedaan aan de bodem, besluit ik. Ik kreeg van een vriend het advies om de punten van het riet maar stuk te slaan. En daar ben ik nu mee bezig. Maar na 5 minuten schrik ik me dood, en zie het leven aan mij voorbij vliegen. Van mijn handhark/schoffeltje vliegt het schoffeltje af, rakelings langs mijn hoofd
Over leven en laten leven gesproken zeg, was ik er toch bijna niet meer geweest. Zag mezelf al liggen met een stuk ijzer in mijn hoofd. Hier ligt Jacq, die het leven heeft gelaten in haar dorre tuin. Mooie dood dat dan wel weer. Boem klap over, geen zorgen meer, geen gepieker, ook wel fijn. Maar ja kan mij voorstellen dat de achterblijvers daar niet zo op zouden reageren. Dus van de schrik bekomen raap ik het stuk ijzer op en bekijk het eens sip aan alle kanten. 16 jaar trouwe dienst voorbij, zonde hoor. Waar vind ik weer zon mooi fijn harkje met schoffeltje in één. Ik besluit met harkje verder te gaan, maar helaas dat werkt niet zoals ik graag zou willen. Toch maar naar de doe het zelf winkel. Maar een harkje met schoffeltje zoals ik had, hangt er niet. Ik koop maar een ander soort handschoffeltje, maar twijfel of het ding het gaat doen. maar als ik eenmaal weer in de tuin start, begin ik toch blij te worden, hij doet het wel en eigenlijk beter dan mijn oude verroeste harkje. Ik zet door en kom eindelijk een stukje verder in de tuin. Maar het begint te regen, he jakkes, ben je net bezig, komt er water uit de lucht. ik besluit toch maar door te zetten, van de regen is nog nooit iemand gesmolten. Eigenlijk best jammer, zou toch mooi zijn als er in eens een slanke Jacq uit de tuin kwam zetten. Tja dromen zijn bedrog, blijkt hier ook maar eens. Er zal er toch iets meer moeten gebeuren dan een buitje regen om de kilo’s er af te krijgen.
Ik besluit toch maar te stoppen, het regent nu wel erg hard. Ik bekijk tevreden de 1,5 meter die ik net gedaan heb. Op naar de volgende 25 meter en dan het andere stuk tuin nog en dan de voortuin nog. Om mijn oren zoemt een dikke hommel. Hey ga eens weg, ik ben geen bloemetje. Hij komt natuurlijk op mijn parfum af. Ik wapper wild heen en weer met mijn nieuwe gereedschap. En ineens hoor ik pok. Oh jee, ik heb de hommel ter aarde geslagen. Sorry, sorry, dat was niet mijn bedoeling. Ik kijk of hij nog leeft, en hij beweegt gelukkig nog. Ja, zeg ik tegen het beest, zit dan niet zo om mijn oren te zoemen, dat heb je er van. Opeens stijgt de hommel op en komt woest op mij af. Ik schrik, en bedenk mij dat met leven en laten leven de hommel waarschijnlijk ook niks heeft, zijn wraak zal zoet zijn………..rennen Jacq…..
Mooi verhaal schat..
Echt weer iets voor jou die hommel.
En ze doen helemaal niets..